Home Mens & maatschappij Hoe zit het in Antwerpen met de verplichte gemeenschapsdienst?

Hoe zit het in Antwerpen met de verplichte gemeenschapsdienst?

Wil je dit artikel lezen?

Registreer en lees dit artikel gratis.
Bovendien ontvang je Bij de Hand maandelijks in je mailbox!
Bent u reeds eerder geregistreerd via de oude website dan volstaat het om hier uw gegevens te bevestigen. Wanneer u onze cookies aanvaardt zal u niet steeds opnieuw moeten inloggen. Wilt u de artikels lezen via een andere browser of ander device, dan zal u ook daar uw gegevens dienen te bevestigen. Geen zorgen, u zal geen dubbele mails ontvangen en kan zich steeds uitschrijven voor de nieuwsbrief zonder verlies van uw account op de website.

Uit Nederland kwam een tiental jaar geleden het verhaal van straatveger Harry overgewaaid. Door bezuinigingen van de stad kwam de job van Harry op de tocht te staan. De 60jarige stadsarbeider moest aan de dop, of in de WW zoals dat bij onze noorderburen heet. Drie jaar later pikte “het systeem” hem terug op, deze keer als geactiveerde werkloze. Harry kreeg exact dezelfde taak voorgeschoteld als voorheen, moest exact dezelfde straten vegen, maar dan tegen een loon (naar werk) dat veel lager lag.

Het activeren van langdurige werklozen door ze een verplichte gemeenschapsdienst op te leggen is nu ook in Vlaanderen een feit. Het was Vlaamse minister Crevits die een en ander in een decreet goot. De werklozen die na twee jaar inactiviteit door de maatregel worden gevat, worden aan het werk gezet en ontvangen 1.30 € per uur bovenop hun uitkering.  Veel is dat natuurlijk niet – het is eerder symbolisch – maar die vergoeding is een must, omdat het Grondwettelijk Hof de maatregel anders als “dwangarbeid” ziet. De argumentatie van de Vlaamse regering is dat langdurige werklozen sociale vaardigheden verliezen, waardoor een terugkeer naar werk moeilijker wordt. De verplichte gemeenschapsdienst zou daaraan verhelpen en de competenties van betrokkenen terug aanscherpen.

Antwerpen vormt een uitzondering

Steden en gemeenten zijn niet verplicht om in het systeem te stappen. Het is hun vrije keuze om dat wel of niet te doen. Uiteindelijk kozen 94 van de 300 lokale besturen in Vlaanderen – minder dan 1/3 dus –  ervoor om mee te doen.

In Antwerpen is de situatie een beetje complexer. Al dan niet meestappen in het systeem kan per district. Het Antwerpse stadsbestuur deed aanvragen voor 6 van de 9 districten, waaronder ons district – het district Antwerpen. Door de grootstedelijke aard van Antwerpen vormt onze stad een uitzondering op de regel die een maximum van 39 leerwerkplekken per gemeente oplegt en worden er, verdeeld over de 6 deelnemende districten, 111 werkplekken gecreëerd. Die leerwerkplekken situeren zich bij de groendienst, de lokettenwerking, de kinderopvang en … jawel, de straatvegers.

Langdurige werkelozen, die via de maatregel worden gereactiveerd, verdienen in hun werkomgeving voldoende aandacht en ondersteuning door collega’s en oversten om te voldoen aan de hoger vermelde doelstelling van de Vlaamse regering.

Afbouw stedelijke diensten

Maar in Antwerpen klagen vele inwoners reeds de afbouw van stedelijke diensten aan. In een besparings- of moderniseringsmodus – het hangt er maar vanaf hoe je het bekijkt – wordt er steeds minder eigen personeel ingezet in bijvoorbeeld de lokettenwerking. De stedelijke ombudsvrouw rapporteerde recent dat 25% van de klachten, die ze het voorbije jaar ontving, daarmee te maken heeft. Ook de groendienst is voor een belangrijk deel in onder aanneming uitbesteed.

Net bij onderbezetting van het werkkader kan een goede context ontbreken voor de begeleiding van zij die een werksituatie her-aanleren. Wordt een verplichte gemeenschapsdienst dan niet eerder een aanvulling van het werkend kader? En dan stelt zich de vraag: als die extra handen écht nodig zijn, waarom worden ze dan niet opengesteld als volwaardige jobs? Zou Harry het antwoord kennen?